
De hoofdpersoon uit The Machinist (Christian Bale) ziet vanuit de auto het afschuwelijke ongeluk dat hij net veroorzaakt heeft.
In de thriller ‘Broken’ van Karin Slaughter maakt een politieagente door lafheid een ernstige fout met als gevolg, dat een mannelijke collega van haar gedood wordt. Ze weet, dat ze medeschuldig is, maar kan de verschrikking van die waarheid niet verdragen. Ze verdringt de gedachte en ontkent elke betrokkenheid, ook al zijn er verdenkingen. Noodgedwongen volhardt ze in haar houding en slaagt erin zich staande te houden. Om niet kwetsbaar te zijn, verhardt ze in haar contacten. De waarheid sluipt echter als een schim door haar ziel en doemt steeds weer op. Deze dempt het licht en de vreugde in haar leven. Alles wat haar overkomt draagt het stempel van dat ene moment. De gebeurtenis laat zich niet verdringen en blijft haar als een schaduw achtervolgen. Pas als zij zelf in levensgevaar verkeert en het einde nabij lijkt, breekt er iets en stijgt ze boven zichzelf uit. Ze doorziet het zelfbedrog, de leugen en alles wat het met haar doet. Er is dan nog maar één ding dat ze wil: alles opbiechten, wat de consequenties van die bekentenis ook zijn. Ze wil in het reine komen met zichzelf en met het leven, ‘whatever the price’.
De film ‘The Machinist’ uit 2004 van regisseur Brad Anderson kent een gelijksoortig verhaal. De hoofdrol wordt gespeeld door de graadmagere Christian Bale (de latere Batman) die voor deze film maar liefst 27 kilo afviel. Ook in deze film bepaalt de ‘schuld en boete-cyclus’ de verhaallijn. Daar kom je pas later in de film achter als een afschuwelijke gebeurtenis die Bale op zijn geweten heeft, helder wordt. Het heeft een kind het leven gekost en Bale is gevlucht voor de consequenties. Ook in dit verhaal sluipt de waarheid als een duistere schaduw door de ziel van Bale. Anders dan in de roman van Slaughter heeft Bale het voorval volledig uit zijn bewustzijn verdrongen, omdat hij het niet onder ogen kan zien. Onbewust vreet die waarheid echter aan hem en trekt diepe sporen in zijn leven. Vanuit het verborgene sloopt het zijn lichaam en zijn geest. Hij kan niet meer slapen, vermagert tot op het bot, lijdt aan waanvoorstellingen en raakt volledig gedesoriënteerd. Op den duur weet hij amper nog wie hij is. Via de waan houdt zijn geest hem echter een spiegel voor en herinnert hij zich opeens weer wat er gebeurd is. Hij ervaart de schuld die hij draagt en doorziet de oorzaak van zijn fysieke en geestelijke lijden. Uitgemergeld en uitgeput begeeft hij zich naar het politiebureau en geeft zichzelf aan: “I’d like to report a hit and run”. Eenmaal in zijn cel dommelt hij in. De rust in zijn ziel is teruggekeerd.
Beide verhalen zijn variaties op de gewetensproblematiek, zoals Dostojewski die beschrijft in ‘Misdaad en straf’ (1886). In deze roman pleegt de hoofdpersoon Raskolnikov een roofmoord op een oude woekeraarster die arme mensen financieel uitzuigt. Hij heeft een theorie, dat hij de mensheid met de roofmoord een dienst bewijst en dat hij geen wroeging zal krijgen. Tijdens de roof loopt Raskolnikov echter onverwacht tegen de onschuldige en menslievende halfzus van de woekeraarster aan. Noodgedwongen brengt hij ook haar om het leven. Deze ongeplande daad zorgt ervoor, dat, ook al blijft hij innerlijk vasthouden aan zijn theorie, de twijfel aan hem begint te knagen. Een bevriende rechercheur die het niet vertrouwt, blijft Raskolnikov met lastige vragen achtervolgen en wil hem op sluwe wijze tot een bekentenis verleiden. De intelligente Raskolnikov is de rechercheur echter steeds te slim af, zodat deze de verdenking langzaam laat varen en uiteindelijk opgeeft. Wat echter door druk van buitenaf niet lukt, gebeurt wel van binnenuit. Raskolnikov ziet door gesprekken met zijn vriendin op den duur in, dat hij geen haar beter is, dan de gehate woekeraarster. Uiteindelijk wint het gevoel de strijd met de ratio. Hij ontmaskert zichzelf, doorziet de gevaren van zijn theorie, ziet zijn schuld onder ogen en geeft zichzelf aan. Bijna dankbaar vertrekt hij na zijn veroordeling naar een strafkamp in Siberië om boete te doen.
Wat vertellen deze verhalen? Ze hebben een soort louterende werking. Ze wekken het gevoel, dat het leven door de inkeer van de beschreven personages een juiste en rechtvaardige loop heeft genomen. Dat de waarheid, hoe lang deze ook is verloochend, uiteindelijk toch overwint. Dat geeft een goed gevoel. Tegelijkertijd is duidelijk, dat het maar verhalen zijn. Het echte leven is geen sprookje. Meestal loopt het in het leven heel anders. Mensen die iets op hun geweten hebben, biechten niet zomaar iets op. In de regel verharden ze, raken verstrikt in hun leugens, verkiezen het ondergrondse en een leven in de schaduw boven een leven in de waarheid. De verhalen vertellen dan ook niet, dat het leven ondanks alles rechtvaardig is, of dat de waarheid altijd overwint, want dat zijn naïeve illusies. Ze vertellen niets meer en niets minder, dan dat ik vrij ben om te kiezen voor de waarheid en geven een gevoel van wat dat voor anderen en mijzelf kan betekenen. Ze vertellen het troostende verhaal, dat er altijd een weg terug naar de ‘menselijkheid’ is, ook al zijn de onmenselijke dingen die gebeurd zijn niet meer terug te draaien.
Je signaleert het thema mooi in boeken en film, Menno! De mens blijft een eigenaardig wezen, dat wel.